Ik heb er maar liefst drie aangeplant, nu zo’n vijfentwintig jaar geleden. Ze zijn nu een meter of acht hoog en ik verwacht niet dat ze nog veel in de lengte zullen groeien. Ze staan op de kwekerij die ik niet meer bestier, maar waarop ik nog wel wandel. Hij ligt nog geen vijftig meter van mijn huis.
Cercidiphyllum japonicum is geen klassieke boom: zo een met een lange rechte stam met daar bovenop een kroon. De boom vertakt zich al meteen bij de grond en lijkt daardoor in zijn jonge jaren eerder op een struik dan op een boom. Natuurlijk kun je de Cercidiphyllum wel in boomvorm dwingen door één stammetje aan te houden en alle andere weg te snoeien. Maar als een boom van nature meerstammig wil zijn, waarom zou je hem dan een ander model willen opdringen?
Het blad van de Cercidiphyllum is hartvormig en daarom wordt de boom ook wel ‘hartjesboom’ genoemd. Bij het uitlopen in het voorjaar is het blad roodbruin en in de loop van het seizoen verkleurt het naar zeegroen. Opvallend is het rode bladsteeltje. Het hoogtepunt volgt in de herfst als het allerlei subtiele tinten aanneemt, van zalmroze tot abrikoos en wijnrood. De reden dat ik drie exemplaren heb aangeplant is dat iedere boom een andere herfstkleur vertoont.
De bloei van de hartjesboom is onbeduidend en ook de vruchten vallen nauwelijks op. Je plant hem om zijn blad en om zijn groeiwijze, want de takken zijn lang en soepel en hangen elegant over. In deze tijd van het jaar kun je de boom met je ogen dicht herkennen. Het verkleurende blad verspreidt namelijk een doordringende geur van caramel die vanaf een grote afstand te ruiken is. Ook in het voorjaar is diezelfde geur soms waar te nemen want de Cercidiphyllum loopt nogal vroeg uit waardoor het uitlopende blad weleens in een late nachtvorst bevriest. Ook dat bevroren blad verspreidt die caramelgeur. Dat bevriezen is trouwens niet erg, want de boom loopt altijd weer uit. Wat wel grappig is, is dat verschillende nationaliteiten verschillend over de geur van de hartjesboom oordelen. De Fransen zijn het met ons eens en vinden dat het herfstblad naar caramel geurt, maar de meeste Duitsers houden het vreemd genoeg op appelmoes.
Soms wordt van de hartjesboom de vorm ‘Magnificum’ aangeboden. Het blad van deze vorm is wat groter dan dat van de gewone soort, en iets grover gezaagd. De Cercidiphyllum is geschikt voor kleine tuinen, maar wie zes meter nog te hoog vindt zou op zoek kunnen gaan naar Cercidiphyllum japonicum ‘Rotfuchs’, een variëteit met blad dat kleiner en steviger is dan dat van de gewone soort en dat vooral in het voorjaar leverkleurig rood is. ‘Rotfuchs’ groeit langzaam en wordt niet hoger dan een meter of vijf.
Zoals van zoveel bomen bestaat er ook van de hartjesboom een treurvorm: Cercidiphyllum japonicum ‘Pendulum’. Nu zijn er treurbomen die mooi van vorm zijn, maar Cercidiphyllum japonicum ‘Pendulum’ hoort daar niet bij. Het model van de boom heeft veel weg van een hooiberg.